Buizen en stookketels

BioWarmteCentrale leeft op houtsnippers Staatsbosbeheer

De vrachtauto met oplegger van firma H. Dijksman uit Drachtstercompagnie komt net voorrijden met twee maal veertig kubieke meter houtsnippers. Afkomstig van bossen en landschappen van Staatsbosbeheer. In een ingenieuze logistieke keten arriveren de juiste hoeveelheden in de juiste samenstelling via de kortste afstanden aan de achterdeur van de imposante BioWarmteCentrale in Purmerend.

De achterklep gaat open en de snippers kieperen in de vijf meter diepe kelders. In het gebouw diept een geautomatiseerde kraan afgemeten hoeveelheden op. Via oranjerode trechters belanden de snippers in stookketels. Later maakt projectmanager Egbert Vrijen bij een van de ketels een klein glazen luikje open, een handbreed in het vierkant. De loeiende vlammen garanderen warmte die via 550 kilometer aan leidingen 24.000 Purmerendse huizen en 1.000 bedrijven bereikt. De panden worden verwarmd, douches en baden krijgen zo hun hete water. Het jaar rond zal minimaal 80 procent van de warmtebehoefte op deze manier duurzaam worden geleverd. Twee op gas gestookte hulpcentrales leveren het restant. Besparing aan CO2: 50.000 ton per jaar. Goed voor titels als ‘het meest duurzame warmtebedrijf van Nederland’. En na Barcelona is Purmerend de tweede stad in Europa die Europese ELENA-subsidie kreeg voor duurzame energieprojecten. Goed voor een bijdrage van 1,8 miljoen euro.

Stadsverwarming was altijd grote last
Op locatie is technische man Egbert Vrijen de projectmanager van de energietransitie. Als een gezagvoerder in een enorme machinekamer leidt hij het bezoek rond via trappen, op bordessen en langs buizen. Manager finance & control van Stadsverwarming Purmerend Walter Verdonk staat aan zijn zijde. Verdonk is vanaf 2006 betrokken bij dit bijzondere bedrijf. ‘Ik heb bij de gemeente Purmerend diverse financiële functies vervuld, waaronder die van controller. In 2006 werd me gevraagd of ik Stadsverwarming Purmerend BV wilde helpen oprichten. De gemeenteraad had enkele jaren daarvoor besloten tot verzelfstandiging per 1 januari 2007. We begonnen met acht mensen, nu zijn het er bijna vijftig.’

Financieel was de stadsverwarming altijd een grote last geweest voor de gemeente. Ze was meegekomen in de jaren 70 toen Purmerend van het kabinet Den Uyl de vlag kreeg als een van de groeikernen van Nederland. De Club van Rome had opgeroepen tot een ommezwaai in energiegebruik na de oliecrisis van 1973/1974. De stadsverwarming in Purmerend startte in 1981, kort na de tweede oliecrisis van 1979.

Private BV was de beste oplossing

Omzetting in een private Besloten Vennootschap was de beste oplossing, zo besloot een kwart eeuw later de Purmerendse politiek. Argumenten: energie leveren is geen kernactiviteit van de gemeente, en een BV kan doelmatiger werken. Plus: een BV biedt meer mogelijkheid van verkoop aan derden, als dat gewenst zou zijn. De gemeente werd wel 100%-aandeelhouder.

Een raad van commissarissen met uiteenlopende deskundigheid houdt de zaken in de gaten. ‘We onderhouden een gewone zakelijke relatie met de gemeente’, zegt Walter Verdonk. ‘Dan gaat het bijvoorbeeld om een vergunning, om grond of om nieuwbouwprojecten. Zo zit ik morgen op het gemeentehuis om te overleggen over de WOZ-waarde van de BioWarmteCentrale. Maar in tijden van jaarcijfers en begroting heb ik natuurlijk langer en vaker contact met de betrokken ambtenaren. Bij de start van de BV waren er meer banden. Zo maakten we in het begin nog gebruik van de ICT-voorzieningen van de gemeente, maar nu doen we alles zelf. Natuurlijk leunen we vooralsnog op de gemeente voor wat betreft financiën.’

Gebouw en techniek van de BioWarmteCentrale

Met Staatsbosbeheer is overeengekomen om per jaar 100.000 ton houtsnippers te leveren in Purmerend. ‘Wij kopen energie van Staatsbosbeheer’, zegt projectmanager energietransitie Egbert Vrijen ter verklaring van de opslagcapaciteit in de kelders (‘bunkers’) van de BioWarmteCentrale. Daar kan namelijk 25.000 kiloJoule in. ‘Genoeg voor een week’, aldus Vrijen.

Omgerekend is dit ongeveer 12.000 kubieke meter aan snippers. Daarvan varieert het vochtgehalte. Per gearriveerde lading wordt dat gemeten. De vrachtwagens rijden het terrein op via een weegbrug; zijn ze gelost, dan noteren computers het gewicht op de uitgaande weegbrug. Ook worden steekproeven gedaan naar het vochtgehalte: gewoon via een apart genomen monster in een emmertje.

Op 31 januari 2013 ging de eerste paal de grond in voor het gebouw, waarin twee ketelhuizen de vier verbrandingsovens herbergen. Het gebouw is tot de nok toe gevuld met de oranje-rode ketels, de chroomkleurige buizen en pijpen. Egbert Vrijen wijst de ‘doekenfilter’ aan, een soort stofzuigerzak die de rookgassen filtert. En er is ook een ‘douche’, die het rookgas koelt.

Cortenstaal en houtstapels
Aan de buitenkant is niets te zien van dit industrieel monumentale werkproces. Wie komt aanlopen over het bedrijventerrein aan de noordoostpunt van Purmerend, naast golfterrein BurgGolf, ziet handelsbedrijven in bouwmaterialen, installatietechniek en auto’s. En hoort geloei, ruikt vee in de hal die de nieuwe Veemarkt herbergt, tot voor kort schilderachtig (en daar in de openlucht intussen verboden) middenin het oude stadje Purmerend. Ontwerpers van bureau S2Architecten tekenden het gebouw. Elegant voor zo’n kolossale doos: met een kunstzinnige buitenschil van roestend cortenstaal en parkeerplekken in de tuin die zijn gemarkeerd met houtstapels. In de gang na de entree is het plafond voorzien van in de lengte gezaagde boomstammetjes.

550 kilometer leidingen
Het stoken begon in juli 2014. Eind november 2014 volgt de officiële openingshandeling. Parallel aan de ontwikkeling van de nieuwe centrale loopt de vernieuwing van het 550 kilometer lange leidingennet door de stad. Dat net is in vele fases gegroeid in de afgelopen ruim dertig jaar. In 2015 zullen 4.000 aansluitingen zijn vervangen. Het project SlimNet heeft tot doel het aantal storingen te beperken en warmtelekkage te verminderen. Om lekkages op te sporen zijn vliegtuigjes ingezet die vanuit de lucht de warmteplekken in kaart brengen. 

Crisis hielp niet mee
De gemeente staat garant voor leningen of leent direct aan Stadsverwarming Purmerend (SVP). ‘Wij zijn helaas verlieslatend, al jaren. Ooit hebben we twee jaar lang winst gedraaid, maar van structurele winst was geen sprake. Daarom hebben we besloten tot een turnaround. Het klapstuk daarvan is de productie hier in de BioWarmteCentrale waar we op 1 juli 2014 mee zijn begonnen. We denken dat we omstreeks 2017 de omslag hebben bereikt, dan begint de winst.’ Vrij om zelf de prijs van de warmtelevering te bepalen, is SVP niet. De regels van de recente Warmtewet gelden, waarbij een relatie ligt met de gastarieven.

Toen Verdonk en zijn team aan de vooravond van de crisis in 2008 zagen dat snelle winstgevendheid er niet in zat, maakten ze een businessplan. In lijn met het eerste begin, de formulering van het kabinet-Den Uyl, werd de richting gevonden waarin duurzaamheid, leveringszekerheid, klanttevredenheid en financieel rendement alle vier een plaats kregen. Partners werden onder andere gevonden in Staatsbosbeheer, TNO en Urgenda.

‘De crisis hielp niet mee’, zegt Verdonk. ‘Maar een exitscenario was financieel en maatschappelijk gezien niet haalbaar. Dus we moesten door, los van het tij. Driekwart van de stad is voor warmte afhankelijk van de stadsverwarming. We konden het goed uitleggen aan de gemeente, en het noodzakelijke draagvlak verkrijgen, onder andere bij toenmalig verantwoordelijk wethouder Berent Daan. Ondanks dat er weinig alternatieven waren, mag je inderdaad wel zeggen dat het getuigt van politieke moed om dit aan te gaan.’

Leningen met gemeentegarantie
Toen in 2012 het groene licht kwam voor een op hout draaiende centrale, kon aan de opbouw worden begonnen. ‘Er waren geen voorbeelden in Nederland. We zagen de oplossing in Denemarken. Daar staan ongeveer zestig op houtsnippers draaiende centrales. Wel allemaal de helft kleiner dan deze van ons. De omvang van onze BioWarmteCentrale is ook voor de Denen echt bijzonder.’

Er moesten leningen worden gesloten, Europese aanbestedingen georganiseerd. Van de geïnteresseerde banken werd een consortium van BNG Bank met Triodos Bank de hofleverancier met 46,7 miljoen euro onder gemeentegarantie. Vernieuwing van leidingen, overname van Nuon-bezittingen, bouw van een tweede hulpcentrale die op gas loopt, ook dat alles moest worden betaald.

Meerjarenbegroting t/m 2024
SVP Holding BV kent een meerjarenbegroting tot en met 2024. Een contrast natuurlijk met de gemeente die vaak vier jaar vooruit kijkt. Verdonk: ‘Tot en met 2024 is redelijk lang, en vrij uniek. Het kent zijn oorsprong vanuit de behoefte van de gemeente om in verband met de aanloopverliezen over een langere periode een financiële prognose te maken. Ja, en wanneer we winst gaan maken, dan beschikt uiteraard de vergadering van aandeelhouders, dus de gemeente, daarover. Onze brutomarge is moeilijk in te schatten, die fluctueert met name met de warmtevraag. Maar de bedrijfskosten houden we goed in de hand. Het is natuurlijk nooit prettig om verlies te draaien. Maar de ontwikkeling van de resultaten verloopt binnen de prognoses en dat geeft ook vertrouwen in de toekomstige resultaten.’

Verdonk legt het accent enkele malen op het lokale karakter van dit bedrijf. Een kleine speler in het plaatje van warmtebedrijven in Nederland. Warmtebedrijven zijn sowieso kleintjes in verhouding tot de grote door heel het land opererende gas- en elektriciteitsbedrijven.

Klachten zelf behandelen
Een van de eerste stappen in het nieuwe businessplan was het stoppen van de outsourcing en binnen de muren halen van klantenservice, klantenadministratie, debiteurenbeheer en technisch beheer. Dat was in 2009. ‘Alles gericht op korte lijnen. Zowel binnenshuis als in contact naar buiten. Wie opbelt met een klacht, spreekt met een persoon die direct weet over welke wijk en welke straat het gaat.’ Het lokale is ook terug te vinden in een lijst van warmte-installateurs, die in speciale cursussen deskundigheid opbouwden.

Er zit aan diverse kanten groei in het verschiet. Nu nieuwe gebiedsontwikkelingen in Purmerend zich aandienen, wordt naar SVP gekeken. Verdonk noemt daarnaast: ‘Wij onderzoeken de mogelijkheden tot uitbreiding van ons dienstenpakket, door voorzichtig activiteiten bij te zetten om de klant tegemoet te komen. Door bijvoorbeeld een andere warmtetechniek in te zetten, als een aansluiting op ons net niet haalbaar is. Ook aan bedrijven kunnen we meer producten leveren.’

Walter Verdonk en zijn mensen kijken tegelijkertijd verder dan Purmerend en hun project hier. ‘Wij willen andere gemeenten oproepen bij ons te komen kijken hoe een verwarmingsnet een tweede leven kan krijgen. Hoe je in deze tijd zo veel mogelijk een lokale en duurzame oplossing kunt vinden om te voorzien in de warmtebehoefte van Nederland. Wat dat betreft zou de focus die traditioneel in Nederland op gas ligt, wat meer verlegd kunnen worden naar lokale mogelijkheden.’

Kerngegevens BioWarmteCentrale de Purmer

Warmtevraag Warmtenet Purmerend:
Warmteopwek BioWarmteCentrale:
Warmteopwek twee hulpwarmtecentrales:  
Capaciteit BioWarmteCentrale: Capaciteit buffertanks:
Hoeveelheid houtsnippers per jaar:
Vermeden CO2-uitstoot: Voedingstemperatuur netwerk:
Retourtemperatuur netwerk:

1.150.000 GJ / jaar
936.000 GJ / jaar 

214.000 GJ / jaar
44 megaWatt (MWth) 
2 x 4000 m3 
100.000 ton per jaar 
50.000 ton per jaar
75-95 graden Celsius (zomer-winter)
63-55 graden Celsius (zomer-winter)

Op de hoogte blijven van de nieuwste artikelen?

Abonneer u op BNG Magazine via onderstaande knop.

Wilt u zelf een artikel aanbieden?

Stuur uw artikel naar de redactie van BNG Magazine en wij nemen vervolgens contact met u op.

BNG Bank maakt gebruik van cookies voor analyse en het goed functioneren van de website. Klik op accepteren om te sluiten. Lees de privacyverklaring en de cookieverklaring voor meer informatie.

BNG Bank gebruikt cookies voor analyse en voor het goed functioneren van de website. Ook kunnen er cookies van derde partijen worden geplaatst. Hiervoor hebben wij uw toestemming nodig.