Belastinghervorming? Vergeet de provincies niet!
De afgelopen decennia zijn de verantwoordelijkheden van gemeenten en provincies toegenomen zonder dat daar meer financiële zeggenschap tegenover is geplaatst. Met de decentralisatie van de verzorgingsstaat richting gemeenten is de tijd eindelijk rijp voor een groter lokaal belastinggebied.
no taxation without representation
Idealiter vallen betalen en bepalen samen: no taxation without representation is een vaste waarde in elke democratie. Dat is nu niet het geval bij de belangrijkste belasting die gemeenten heffen. Terwijl alleen huiseigenaren OZB betalen, kunnen alle inwoners de lokale koers meebepalen. Omdat het tot dusver om relatief beperkte bedragen ging - slechts 5 procent van alle belasting wordt lokaal geheven - was het democratisch tekort overkomelijk.
Betere balans
Een groter lokaal belastinggebied resulteert in een beter evenwicht tussen zeggenschap en verantwoordelijkheid van gemeenten, maar in een nog grotere disbalans tussen betalers en bepalers. Het is zaak een belastinggrondslag te kiezen die door zoveel mogelijk inwoners wordt opgebracht. Met een uitbreiding van de woonbelasting tot huurders of een ingezetenenbelasting kom je dan een eind.
financiën provincies
Nu de publieke financiën toch op de schop gaan, is dit het moment om de financiën van de provincies daarbij te betrekken. Immers, alles wat wij opmerkten over de lokale situatie geldt onverkort ook voor het provinciaal bestuur.
Een lange lijst van decentralisaties zonder extra zeggenschap en een onevenwichtige verdeling tussen betalers en bepalers kenmerken ook de provinciale financiën. Bezit je geen auto, dan betaal je niet mee. Provincies waar autoleasebedrijven gevestigd zijn ontvangen veel opcenten, hoewel er geen relatie bestaat tussen de registratie van de auto en de gebruiker.
Provinciale belastingen onzichtbaar
Er is één verschil met gemeenten: anders dan de rituele ophef die de lokale OZB-tarieven jaarlijks oproepen, is de provinciale heffing volslagen onzichtbaar: wie weet hoeveel provinciale opcenten hij per jaar betaalt? Dat lijkt niet erg, maar is het wel: de legitimiteit van belastingen hangt nauw samen met herkenbaarheid van zowel heffing als besteding.
Herontwerp provinciale belastingen
Wij noemen drie redenen voor een herontwerp van de provinciale belastingen.
Belasten autobezit schiet tekort
Automobiliteit is een te smalle en niet toekomstbestendige basis voor de bekostiging van de brede provinciale taken. Provincies ontvangen geld uit het provinciefonds en uit opcenten op de nationale wegenbelasting. Het provinciefonds is nog niet lang geleden geactualiseerd, maar dat is niet het geval bij de opcenten. Opcenten zijn de enige inkomstenbron waarbij de provincie zelf aan de knoppen zit.
Zeker nu provincies recent grote taken rond natuur en economie van het Rijk overnamen, is het hoog tijd voor een belasting die past bij democratisch financieel bestuur. Dat betekent herkenbaarheid waarvoor wordt opgehaald en evenwicht tussen het aantal betalers en bepalers.
Net zoals het belasten van woningbezit bij gemeenten niet voldoet, schiet het belasten van autobezit tekort voor provincies. Autobezit is niet langer de norm: autogebruik in vele variaties neemt die plaats steeds vaker in, of er nu zelf gereden wordt, of dat goederen en diensten thuis worden geleverd.
Vervuiler betaalt niet
De vervuiler betaalt, gaat niet op. Of het nu gaat om natuur, de overgang naar duurzame energie of economie, het is niet toekomstbestendig de realisatie ervan te laten afhangen van belasting op autobezit. Dat is op termijn niet houdbaar: op het eerste gezicht lijkt het of het de-vervuiler-betaalt-principe mooi tot zijn recht komt, maar wie er dieper induikt, merkt op dat niet-autobezitters over goederen en diensten beschikken dankzij automobiliteit van derden.
Iedereen doet mee
Maatschappelijk initiatief. Provincies lopen voorop om, met uiteenlopende partijen, taken die voorheen bij de overheid waren belegd, gezamenlijk te realiseren. Of dat nu bedrijven zijn, inwoners, andere overheden, of iedereen tegelijk.
'Middenbestuur' krijgt daarmee een tweede betekenis. Netwerkend werken is een vast onderdeel van het provinciale repertoire. De provincie is initiator en aanjager bij het realiseren van maatschappelijke behoeften, maar staat niet vooraan bij de uitvoering.
Een voorbeeld is de provincie Zuid-Holland; doordat andere partijen zo enthousiast werden over de Zuid-Hollandse aanpak van cultureel erfgoed, werd het beschikbare provinciale budget door de maatschappij verviervoudigd. Bij deze rol hoort een belasting die past bij de taken en inwoners: iedereen doet mee.
Essentiële taken
Herkenbaarheid en legitimiteit. Wie het rijtje verantwoordelijkheden van provincies op zich in laat werken, ziet relatief onzichtbare, maar niet minder essentiële taken voor welvaart en welzijn van de samenleving als geheel. Dat komt deels door de vanzelfsprekendheid: fietspaden, natuur, openbaar vervoer, economie en ruimtelijke ordening, taken van provincies trekken vooral de aandacht als het misgaat.
De kans dat de individuele inwoner van een provincie met deze bestuurslaag te maken heeft is klein. Wie zich verdiept in de partijen met wie de provincie zich dagelijks verstaat, ziet dat hij meerdere malen per dag vertegenwoordigd wordt. Iedereen maakt gebruik van wegen, fietspaden, bedrijventerreinen, openbaar vervoer of heeft een opvatting over de aanwezigheid van windmolens in het landschap.
cruciale rol
In alle vergroeningsopgaven, maar ook bij het onderhouden van de basisinfrastructuur van welvaart en welzijn spelen provincies een cruciale rol. Een passende belasting is niet te veel gevraagd.
Abonneer u op BNG Magazine via onderstaande knop.
Stuur uw artikel naar de redactie van BNG Magazine en wij nemen vervolgens contact met u op.