De verhoging van de BTW van 8% naar 10% is uitgesteld naar oktober 2019. Ook zou de Japanse regering werken aan een nieuw stimuleringsplan. Het uitstel kwam niet als een verrassing. De regering vreest, dat de belastingverhoging zal leiden tot een daling van de binnenlandse vraag. Hierdoor zou de Japanse economie in een recessie komen. Het uitstel moet de kiezer gunstig stemmen. Op 10 juli worden in Japan verkiezingen voor het Hogerhuis gehouden. Volgens de onlangs gepubliceerde prognose van de OECD zou het tekort van Japan dalen van 5,4% van het bbp in 2015 naar 4,0% in 2017. Door het uitstel van de belastingverhoging zal deze daling niet worden gerealiseerd. De kredietwaardigheid van de Japanse overheid komt daardoor verder onder druk te staan. Ruim een maand geleden verlaagde kredietbeoordelaar Fitch de credit rating van A+ naar naar A, een relatief laag niveau voor een ontwikkeld land.
In de Verenigde Staten nam het aantal banen in mei met 38.000 toe, beduidend minder dan was verwacht. Ook de werkgelegenheidscijfers van maart en april werden naar beneden bijgesteld. Bovendien bleek uit de inkoopmanagerssurvey 's van mei dat ondernemingen minder personeel gaan aantrekken. Na deze cijfers is de kans op een renteverhoging in juni volgens beleggers sterk afgenomen. Op de valutamarkten steeg de euro bijna 2 dollarcent naar USD 1,13. De lange rente daalde met 15 basispunten naar 1,7%. Hierdoor daalden de lange rentetarieven in de eurolanden eveneens. De Duitse lange rente daalde 7 basispunten naar 0,07%, een evenaring van het historisch dieptepunt van 20 april 2015. De Nederlandse tienjaarsrente daalde naar 0,29%, 7 basispunten boven het dieptepunt dat op dezelfde dag werd bereikt.
Standen per 3 JUNI 2016
|
3 maanden | 10 jaar *) |
Verenigde Staten | 0,68 (0,67) | 1,70 (1,85) |
Eurozone | -0,26 (-0,26) | 0,49 (0,54) |
Duitsland | | 0,07 (0,14) |
Frankrijk | | 0,42 (0,48) |
Italië | | 1,42 (1,44) |
Spanje | | 1,47 (1,49) |
Nederland | | 0,29 (0,35) |
Eurokoers | USD 1,133 (1,117) | |
*) rendementen op staatsleningen, eurozone tienjaars euro swap rate.
Grafiek
Japan
Economisch nieuws
VERENIGDE STATEN
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 51,3 (april: 50,8)
- inkoopmanagersindex dienstensector, mei: 52,5 (april: 55,7)
- bouwuitgaven, april: -1,8%, 4,5% j.o.j. (maart: 1,5%, 9,7% j.o.j., herzien van 0,3%, 8,0% j.o.j.)
- industriële orders, april: 1,9%, -1,8% j.o.j. (maart: -4,3% j.o.j.)
- saldo handelsbalans, april: USD -37,4 mld. (maart: USD -35,5 mld.)
- uitvoer, mei: -4,6% j.o.j. (-5,4% j.o.j.)
- invoer, mei: -5,3% j.o.j. (-9,6% j.o.j.)
- consumentenvertrouwen(CB), mei: 92,6 (april: 94,7)
- consumptie, april: 0,6%, 3,0% j.o.j. (maart: 2,6% j.o.j.)
- beschikbaar inkomen, april: 0,5%, 4,4% j.o.j. (maart: 4,5% j.o.j.)
- werkgelegenheid, mei: +38.000; 1,7% j.o.j. (april: +123.000, herzien van 160.000; 1,9% j.o.j. )
- werkloosheid, mei: 4,7% (april: 5,0%)
- uurlonen, mei: 0,2%, 2,5% j.o.j. (april: 2,5% j.o.j.)
- consumptieprijs, april: 0,3%, excl. voedsel en energie 0,2%, 1,1% j.o.j. (maart: 0,8% j.o.j.)
- huizenprijs(Case-Shillerindex), maart: 0,9%, 5,4% j.o.j. (februari: 5,4% j.o.j.)
CHINA
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 50,1 (april: 50,1)
JAPAN
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 47,7 (herzien van 47,6, april: 48,2)
- inkoopmanagersindex dienstensector, mei: 50,4 (april: 49,3)
EUROZONE
- index economisch sentiment, mei: 104,7 (april: 104,0)
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 51,5 (niet herzien, april: 51,7)
- inkoopmanagersindex dienstensector, mei: 53,3 (herzien van 53,1, april: 53,1)
- ondernemersvertrouwen industrie, mei: -3,6 (-3,6)
- detailhandelsomzet(volume), april: 0,0%, 1,4% j.o.j. (maart: -0,6%, 1,8% j.o.j., herzien van -0,5%, 2,1% j.o.j.)
- werkloosheid, april: 10,2% (maart: 10,2%)
- geldhoeveelheid(M3), april: 4,9% j.o.j. (maart: 5,0% j.o.j.)
- consumentenprijsindex, mei: 0,3%, excl. voedsel en energie 0,2%, -0,1% j.o.j. (april: -0,2% j.o.j.)
- producentenprijsindex, april: -0,3%, excl. energie 0,1%, -4,4% j.o.j. (maart: -4,1% j.o.j. )
DUITSLAND
- detailhandelsomzet(volume), april: -0,9%, -0,6% j.o.j. (maart: -1,4%, 0,4% j.o.j., herzien van -1,1%, 0,4% j.o.j.)
- werkgelegenheid, april: +48.000, 1,3% j.o.j. (maart: 1,2% j.o.j.)
- werkloosheid, april: 4,2% (maart: 4,2%)
- consumentenprijsindex, mei: 0,2%, 0,1% j.o.j. (april: -0,1% j.o.j.)
FRANKRIJK
- consumptie, april: -0,2%, 2,5% j.o.j. (maart: 1,1%, 3,1% j.o.j., herzien van 0,2%, 2,7% j.o.j.)
- werkloosheid, april: 9,9% (maart: 10,1%)
- consumentenprijsindex, mei: 0,3%, -0,1% j.o.j. (april: -0,2% j.o.j.)
- producentenprijsindex, april: -0,5%, -4,1% j.o.j. (maart: -3,9% j.o.j.)
ITALIE
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 52,4 (april: 53,9)
- inkoopmanagersindex dienstensector, mei: 49,8 (april: 52,1)
- bruto binnenlands product, eerste kwartaal: 0,3%, 1,0% j.o.j. (niet herzien)
- werkloosheid, april: 10,7% (maart: 10,5%)
- consumentenprijsindex, mei: 0,3%, -0,3% j.o.j. (april: -0,5% j.o.j.)
SPANJE
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 51,8 (april: 53,5)
- inkoopmanagersindex dienstensector, mei: 55,4 (april: 55,1)
- werkloosheid, april: 20,1% (maart: 20,3%)
- consumentenprijsindex, mei: 0,5%, -1,0% j.o.j. (april: -1,1% j.o.j.)
NEDERLAND
- inkoopmanagersindex industrie, mei: 52,7 (april: 52,6)
- producentenvertrouwen, mei: 4,4 (april: 4,7)
- werkloosheid, april: 6,4% (maart: 6,4%)
- producentenprijsindex, april: 0,9%, -7,4% j.o.j. (maart: -6,6% j.o.j.)
Agenda
06-jun | Duitsland | industriële orders | | april |
07-jun | Eurozone | bruto binnenlands product | | eerste kwartaal* |
| Duitsland | industriële productie | | april |
| Frankrijk | handelsbalans | | april |
| Spanje | industriële productie | | april |
08-jun | Japan | bruto binnenlands product | | eerste kwartaal* |
09-jun | China | consumentenprijsindex | | mei |
| Duitsland | handelsbalans | | april |
| Nederland | industriële productie | | april |
| | consumentenprijsindex | | mei |
10-jun | Verenigde Staten | consumentenvertrouwen(UvM) | | juni |
| Duitsland | consumentenprijsindex | | mei* |
| Frankrijk | industriële productie | | april |
| Italië | industriële productie | | april |
* herziening
Verwachtingen
De wereldeconomie groeit in 2017 naar verwachting wat sterker dan dit jaar, nl. met ongeveer 3,5%. In de opkomende landen zal de economische groei hoger uitkomen onder invloed van een licht herstel van de bedrijvigheid in Rusland en Brazilië. De Chinese economie groeit evenals dit jaar met ruim 6%.
De Amerikaanse economie groeit in het komende jaar naar verwachting met 2,2%, 0,4 procentpunt meer dan in 2016. De aanhoudende groei van de bedrijvigheid is vooral te danken aan de private consumptie en de investeringen. De invoer neemt daardoor relatief sterk toe. De inflatie loopt in de Verenigde Staten op van 1,3% naar 2,3% onder invloed van een stijging van de energieprijzen en de loonkosten.
De economische groei in de eurozone blijft in 2017 nagenoeg stabiel op 1,6%. De gematigde expansie in het eurogebied wordt gedragen door zowel de binnenlandse vraag als de uitvoer. In Spanje wordt de hoogste groei voorzien, terwijl Italië wat achterblijft. In ons land wordt een groei van 1,7% verwacht, iets minder dan dit jaar. De inflatie loopt in de eurozone licht op naar 1,3%. De toename van de geldontwaarding in 2017 wordt voornamelijk veroorzaakt door oplopende energieprijzen.
|
|
|
|
Economische groei |
2015 |
2016 |
2017 |
Verenigde Staten | 2,4 | 1,8 | 2,2 |
China | 7,0 | 6,3 | 6,2 |
Japan | 0,6 | 0,5 | 0,5 |
Eurozone | 1,6 | 1,5 | 1,6 |
Duitsland | 1,7 | 1,5 | 1,6 |
Frankrijk | 1,2 | 1,2 | 1,4 |
Italië | 0,8 | 1,0 | 1,1 |
Spanje | 3,2 | 2,8 | 2,5 |
Nederland | 2,0 | 2,0 | 1,7 |
|
|
|
|
Inflatie *) |
2015 |
2016 |
2017 |
Verenigde Staten | 0,3 | 1,3 | 2,3 |
China | 1,4 | 2,0 | 2,0 |
Japan | 0,8 | 0,3 | 0,9(2,0) |
Eurozone | 0,0 | 0,5 | 1,3 |
Duitsland | 0,2 | 0,8 | 1,7 |
Frankrijk | 0,0 | 0,5 | 1,1 |
Italië | 0,0 | 0,3 | 0,8 |
Spanje | -0,5 | 0,2 | 1,3 |
Nederland | 0,6 | 0,7 | 1,8 |
| | | |
*) mutatie consumentenprijsindex, Verenigde Staten consumptiedeflator, eurozone geharmoniseerde consumentenprijsindex.
Rentevisie
De ECB zal een ruim monetair beleid blijven voeren. De centrale bank koopt tot maart 2017 maandelijks voor een bedrag van EUR 80 mld. aan staatsleningen en andere effecten op. De officiële tarieven zullen naar verwachting niet worden gewijzigd. Het depositotarief blijft staan op -0,4%. Het ruime monetaire beleid ondersteunt de economische groei in het eurogebied. De lange rentetarieven zullen mede onder invloed van een hogere inflatie naar verwachting wat gaan oplopen.
|
Actueel | Ultimo 2016 |
---|
| | forward rate |
prognose BNG |
3 maanden interbancair | -0,26 | -0,30 | -0,30 |
10 jaars Staat | 0,29 | 0,42 | 1,10 |
Grafiek
Yieldcurve Nederland