VS verhoogt invoertarieven
Het betreft producten met een totale waarde van USD 200 miljard. De aanleiding voor het besluit was dat de Chinese onderhandelaars volgens de Amerikaanse regering zijn teruggekomen op eerder gedane toezeggingen. De gesprekken worden overigens wel voortgezet. Het Amerikaanse besluit leidde vooral op de aandelenmarkten tot koersdalingen. Beleggers vrezen dat het handelsconflict zal escaleren met alle gevolgen voor het vertrouwen van ondernemers en consumenten in de economie van dien. Het is nog maar de vraag of het besluit gunstig zal uitvallen voor de Amerikaanse economie. Op de korte termijn worden ingevoerde producten duurder. Bedrijven zullen de hogere prijs doorberekenen aan afnemers, waardoor Amerikaanse consumenten meer voor hun producten moeten betalen. Bovendien is het niet zeker dat de maatregel voldoende zal zijn om de Chinese onderhandelaars tot concessies te bewegen. Tenslotte is het waarschijnlijk dat de Chinese regering tegenmaatregelen zal nemen.
| 3 maanden | 10 jaar *) |
Verenigde Staten | 2,53 (2,56) | 2,45 (2,53) |
Eurozone | -0,31 (-0,31) | 0,48 (0,53) |
Duitsland | -0,05 (-0,02) | |
Frankrijk | 0,34 (0,36) | |
Italië | 2,68 (2,55) | |
Spanje | 0,97 (0,97) | |
Nederland | | 0,14 (0,19) |
| | |
Eurokoers | USD 1,123(1,116) | |
*) rendementen op staatsleningen, eurozone tienjaars euro swap rate.
Grafiek
Amerikaanse goederenhandel met China(% j.o.j.)
Economisch nieuws
VERENIGDE STATEN
- uitvoer, maart: 1,3% (februari: 2,5% j.o.j.)
- invoer, maart: 2,1% j.o.j. (februari: -0,5% j.o.j.)
- saldo handelsbalans, maart: USD -50,0 miljard (februari: USD -49,3 miljard)
- consumentenprijsindex, april: 0,3%, excl. voedsel en energie 0,1%, 2,0% j.o.j. (maart: 1,9% j.o.j.)
- producentenprijsindex, april: 0,2%, excl. voedsel en energie 0,1%, 2,2% j.o.j. (maart: 2,2% j.o.j.)
JAPAN
- inkoopmanagersindex, april: 50,8 (maart: 50,4)
CHINA
- consumentenprijsindex, april: 0,1%, 2,5% j.o.j. (maart: 2,3% j.o.j.)
EUROZONE
- inkoopmanagersindex, april: 51,5(herzien van 51,3)
- detailhandelsomzet(volume), maart: 0,0%, 1,9% j.o.j. (februari: 3,0% j.o.j.)
DUITSLAND
- inkoopmanagersindex, april: 52,2(herzien van 52,1)
- industriële orders, maart: 0,6%, -6,0% j.o.j. (februari: -8,1% j.o.j.)
- industriële productie, maart: 0,4%, -2,5% j.o.j. (februari: -1,6% j.o.j.)
- uitvoer, maart: 2,9% j.o.j. (februari: 2,8% j.o.j.)
- invoer, maart: 5,3% j.o.j. (februari: 4,3% j.o.j.)
- saldo handelsbalans, maart: EUR 20,0 miljard (februari: EUR 18,7 miljard)
FRANKRIJK
- inkoopmanagersindex, april: 50,1(herzien van 50,0)
- industriële productie, maart: -0,9%, -0,9% j.o.j. (februari: 0,5% j.o.j.)
- werkgelegenheid(private sector), eerste kwartaal: +66.400, 0,9% j.o.j. (vierde kwartaal: +54.000, 0,8% j.o.j.)
- uitvoer, maart: 6,4% j.o.j. (februari: 7,4% j.o.j.)
- invoer, maart: 9,1% j.o.j. (februari: 5,3% j.o.j.)
- saldo handelsbalans, maart: EUR -5,3 miljard (februari: EUR -4,1 miljard)
ITALIE
- inkoopmanagersindex, april: 49,5(maart: 51,5)
- industriële productie, maart: -0,9%, -1,4% j.o.j. (februari: 0,9% j.o.j.)
- detailhandelsomzet(volume), maart: -0,2%, 0,4% j.o.j. (februari: 0,3% j.o.j.)
SPANJE
- inkoopmanagersindex, april: 52,9(maart: 55,4)
- industriële productie, maart: -1,2%, -3,3% j.o.j. (februari: 0,0% j.o.j.)
NEDERLAND
- industriële productie, maart: -0,5%, -1,0% j.o.j. (februari: -0,4%, 0,1% j.o.j., herzien van 0,2%, 0,5% j.o.j.)
- consumentenprijsindex, april: 1,1%, 3,0% j.o.j. (maart: 2,9% j.o.j.)
Agenda
13-05 | - | - | |
14-05 | Eurozone | industriële productie | maart |
| Nederland | detailhandelsomzet | maart |
| | handelsbalans | maart |
bruto binnenlands product | eerste kwartaal | ||
15-05 | Verenigde Staten | detailhandelsomzet | april |
| | industriële productie | april |
| Eurozone | bruto binnenlands product | eerste kwartaal *) |
| Duitsland | bruto binnenlands product | eerste kwartaal |
16-05 | Verenigde Staten | woningproductie | maart |
| Eurozone | handelsbalans | maart |
| Nederland | ondernemersvertrouwen | tweede kwartaal |
| | werkgelegenheid | april |
| | werkloosheid | april |
17-05 | Verenigde Staten | index leading indicators | april |
consumentenvertrouwen(UvM) | mei | ||
| Eurozone | consumentenprijsindex | april *) |
| productie bouwnijverheid | maart | |
| |
*) herziening
Verwachtingen
De groei van de wereldeconomie loopt in de komende jaren naar verwachting wat terug. De Chinese economie groeit in beide jaren met ca. 6%. In 2018 nam het Chinese bbp met 6,6% toe. In de Verenigde Staten loopt de economische groei in 2019 terug naar 2,2%, 0,7 procentpunt minder dan vorig jaar. In 2020 zal de economie waarschijnlijk in een lichte recessie komen. De conjuncturele teruggang hangt vooral samen met de binnenlandse vraag. Het positieve effect van de belastingverlaging op de binnenlandse vraag neemt af. De banengroei vlakt af, mede door een lagere investeringsgroei. De inflatie loopt licht op naar 2,2% dit jaar en 2,4% in 2020.
De economische groei in de eurozone vlakt de komende jaren af. In 2019 wordt een groei van bedrijvigheid van 1,2% voorzien tegen 1,8% in 2018. In 2020 wordt een economische groei van 1,4% voorzien. De afname van de groei is vooral het gevolg van een minder gunstige ontwikkeling van de buitenlandse vraag. De consumptiegroei neemt slechts licht af. De lonen stijgen, maar de banengroei neemt af. De inflatie daalt van 1,7% dit jaar naar 1,5% in 2019. In 2020 gaan we uit van een geldontwaarding van 1,7%. De groei van de Nederlandse economie loopt terug van 2,7% in 2018 naar 1,8% in 2019 en 2020. De inflatie loopt onder invloed van indirecte belastingverhogingen (BTW, energiebelasting) op van 1,6% naar 2,5% in 2019. In 2020 komt de inflatie naar verwachting uit op 1,8 %.
Economische groei | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
Verenigde Staten | 2,2 | 2,9 | 2,2 | 1,0 |
China | 6,8 | 6,6 | 6,0 | 6,0 |
Japan | 1,9 | 0,8 | 1,0 | 0,5 |
Eurozone | 2,4 | 1,8 | 1,2 | 1,4 |
Duitsland | 2,2 | 1,4 | 1,2 | 1,5 |
Frankrijk | 2,2 | 1,6 | 1,2 | 1,3 |
Italië | 1,6 | 0,8 | 0,2 | 0,6 |
Spanje | 3,0 | 2,6 | 2,1 | 1,9 |
Nederland | 2,9 | 2,7 | 1,8 | 1,8 |
| ||||
Inflatie *) | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
Verenigde Staten | 1,7 | 2,0 | 2,2 | 2,4 |
China | 1,6 | 2,0 | 2,0 | 2,0 |
Japan | 0,5 | 1,0 | 1,1 | 1,5 |
Eurozone | 1,5 | 1,7 | 1,5 | 1,7 |
Duitsland | 1,7 | 1,9 | 1,8 | 1,8 |
Frankrijk | 1,2 | 2,1 | 1,5 | 2,0 |
Italië | 1,3 | 1,2 | 1,0 | 1,0 |
Spanje | 2,0 | 1,8 | 1,8 | 1,7 |
Nederland | 1,3 | 1,6 | 2,5 | 1,8 |
| | | | |
*) o.b.v. de consumptiedeflator(Verenigde Staten), de consumptieprijsindex(China en Japan) resp. de geharmoniseerde consumentenprijsindex(eurozone en eurolanden).
Rentevisie
Het monetaire beleid van de ECB blijft zeer ruim. De officiële tarieven blijven naar verwachting onveranderd in de komende 12 maanden. De lange rentetarieven lopen een fractie op en blijven daardoor op een zeer laag niveau.
Actueel | Over een jaar | ||
---|---|---|---|
forward rate |
prognose | ||
3 maanden interbancair | -0,31 | -0,30 | -0,20 |
Staat 10 jaar | 0,14 | 0,25 | 0,50 |
Yieldcurve
Om de week bieden wij u een actueel beeld van de ontwikkelingen op de financiële markten, de economische groei, inflatie, werkloosheid en rente in de voornaamste landen en regio’s.
Voortaan elke twee weken het Economisch Beeld in uw mailbox?